Het traject van Agua Marina Espínola Salinas naar CANYON//SRAM Generation
De Paraguayaanse renster Agua Marina Espínola Salinas vertelt ons over haar traject naar CANYON//SRAM Generation.
Meer dan driekwart van de rensters in het professionele vrouwenpeloton komt uit Europa. Wielrennen is vooral een blanke, Europese sport. De conventionele trajecten bestaan bovenal in Europese, Noord-Amerikaanse en Australisch-Aziatische landen. Het is dan ook geen verrassing dat slechts 3,4% van de dames in het peloton uit Zuid-Amerika komt.
Als onderdeel van de toewijding van Canyon aan diversificatie van het wielrennen, willen we voor alle vrouwen een route naar de sport creëren. CANYON//SRAM Generation ontstond onder dezelfde vleugels van het uiterst succesvolle World Tour-damesteam CANYON//SRAM Racing. De waarden van het team zijn hetzelfde en het tenue van CANYON//SRAM Generation lijkt op dat van de World Tour-ploeg, maar met een eigen esthetiek.
De wereldwijde zoektocht naar talent begon aan het begin van 2021. Het team kreeg maar liefst 239 sollicitaties van vrouwen met 62 verschillende nationaliteiten. De uiteindelijke selectie bestond uit rensters uit Namibië, Sierra Leone, Rwanda, Maleisië, Jamaica, Duitsland en Paraguay.
Het team richt zich op de ontwikkeling van deze rensters tot World Tour-professionals, om hun talent tot bloei te laten komen en ze naar de hoogste trede van het podium in koersen op de UCI-kalender te helpen. Het starten van een ontwikkelingsteam zoals CANYON//SRAM Generation is een van de manieren om de toegankelijkheid van de sport te verbeteren.
Om te laten zien wat het betekent om deel uit te maken van dit baanbrekende team, spraken we op een zwoele aprilavond met de Paraguayaanse Agua Marina Espínola. We staan aan het begin van het seizoen en ze is bezig met haar voorbereiding op het komende wielerjaar.
Ze is net geland in Girona na een vlucht uit haar thuisstad in Paraguay, waar ze wat papierwerk moest regelen. “Ik kwam aan op het vliegveld hier in Barcelona en ik kreeg allerlei vragen over mijn verblijfsstatus en visums”, vertelt ze. “Ze stelden me zo veel vragen, soms is het heel moeilijk.” Als de kansen op het benutten van je potentieel al laag zijn, kunnen zelfs ogenschijnlijk normale controles zwaar wegen.
Maar dit is zeker geen huilerig verhaal. Agua is een van de gelukkigste rensters die je kunt interviewen. Het enthousiasme en de passie waar ze mee spreekt is schijnbaar onuitputtelijk. Het is echter niet te ontkennen dat er vele barrières zijn die zij en andere niet-Europese rensters moeten overwinnen om professioneel wielrenster te worden.
Fietsen en kleding
Deelname aan wielerwedstrijden betekent een enorme investering in materiaal: een wegfiets en een standaard wielrenkledingset is slechts het begin. Op 11-jarige leeftijd zag Agua fietsers bij haar op de lokale wegen. “Ik dacht: ‘oh, die zijn geweldig – dat wil ik ook!’” Daarmee was de liefde voor de fiets geboren.
“Ik had het gevoel van ‘ja, daar wil ik bij horen!’”, zei Agua over die eerste keer dat ze een wegfiets zag. “De vorm van het stuur en de kleine wielen… Dat is geen fiets, dat is een kunstwerk. Sindsdien is het een obsessie geworden; ik zocht naar fietsen op internet en droomde van het bezitten van een wegfiets.”
“Als je 15 wordt in Zuid-Amerika, organiseren je ouders een feest voor je of kun je om een speciaal cadeau vragen, zoals een auto, een reis of een motor”, voegt ze toe. “Dus mijn idee was: Ik wil een fiets – geen feest! Ik stelde het voor aan mijn ouders, maar mijn vader zei ‘nee, nee, dat kan niet’. Daardoor werd ik nog fanatieker om een fiets in handen te krijgen.”
Agua’s moeder was wat diplomatieker en suggereerde Agua om eens te gaan praten met de fietsers die ze voorbij zag komen. Dat was precies wat Agua deed en een paar weken later legde Agua haar situatie en haar droom uit. Een paar weken later kreeg ze een fiets van staal aangeboden. Slechts twee maanden later kon ze ermee gaan racen.
“Op dat moment was er slechts één andere [racing]voor meisjes, maar ze wilde met de jongens koersen. Ik was dus het enige meisje in mijn categorie”, herinnert Agua zich. “Het was een peloton van ongeveer 50 renners, verdeeld over alle categorieën. Ik werd gelost, maar bleef gaan en gaan. Ik had geen water meer, maar bleef klimmen en klimmen. Uiteindelijk bereikte ik de eindstreep en zag ik mijn vrienden. Ze vroegen hoe ik boven was gekomen.”
“Ze vroegen wie me gebracht had en of ik in een auto was gesprongen? Ze zeiden: ‘Deze klim is heel zwaar!’, en ik wist niet over welke ze het hadden”, lacht Agua. “Ze keken elkaar aan en vroegen zich af of ik echt de 70 kilometer had afgelegd. Het duurde een eeuwigheid, maar het is me gelukt, weet je. Ze waren onder de indruk en begonnen met andere mensen te praten. We hadden [At the time]een coach van het nationale team van Colombia en ze zeiden: kijk naar haar, ze heeft net deze race uitgereden!”
De coach bood aan om Agua te helpen. Ze deed al snel aan meer wedstrijden mee en won deze in Paraguay. Ze ging naar wedstrijden in Brazilië en Argentinië en naar de Pan American Games. “Na deze evenementen begon de overheid met het ondersteunen van sporters, dus ik kreeg meer hulp en had al snel een mooie fiets tot mijn beschikking!”
Mijn gesprek met Agua maakt al snel duidelijk dat veel van haar succes uit haarzelf komt. Ze zou dit niet hebben bereikt als ze niet zoveel doorzettingsvermogen en vastberadenheid had gehad. “Als je met veel situaties te maken krijgt die tegen je werken, dan word je daar sterker van. Dit is geen cliché, het is de waarheid. Eerst zei mijn vader tegen me dat ik iets niet kon, toen waren er de barrières die ik moest overwinnen. Het gaf me kracht en motiveerde me”, verklaart ze. “Mensen bleven maar zeggen dat het in Europa heel moeilijk zou worden, dus ik zei: ‘oké, maar ik kan het toch proberen!’”
Ik wilde begrijpen hoe diep deze vastberadenheid in Agua verankerd is, aangezien het er al van jonge leeftijd in lijkt te zitten. “Volgens mij zijn vrouwen in Paraguay heel sterk. Dat heeft met onze tegenslagen te maken. Er heerst een echte mannenmentaliteit in het land – alleen mannen kunnen succesvol zijn. Als mannen het niet kunnen, dan vrouwen al helemaal niet. Sommige mensen zijn gefrustreerd als ze iets niet bereiken en willen dan dat het anderen ook niet lukt.”
“In de oorlog werden vrouwen achtergelaten door hun mannen en moesten ze het land herstellen terwijl de mannen aan het front waren. Zij zijn een inspiratie voor mij. Ze voedden 10-12 kinderen op, alleen, dus er is geen reden waarom ik niet kan fietsen en sterk kan zijn. Zelfs mijn eigen moeder was alleen en ging naar een ander land toen ze jonger was dan ik nu. Ze vond een thuis voor ons en deed alles om ons een beter leven te geven.”
Een droom waarmaken
Na ondersteuning van de overheid en mensen om haar heen was het voor Agua tijd om de volgende stap te zetten. Maar als je je bevindt in een wereld die zo ver is verwijderd van het hart van het professionele wielrennen, hoe kun je daar dan komen?
Agua verklapt dat de persoon die haar de fiets van staal gaf nu haar partner is, een gelukkige speling van het lot. “Zijn droom was de Olympische Spelen halen, maar dat lukte niet. Het was moeilijker voor hem”, zegt ze voorzichtig. “Ik nam na een paar jaar weer contact met hem op, omdat ik hetzelfde doel had. ‘Jij bent dan niet naar de Olympische Spelen gegaan, maar misschien ik wel?’ Misschien haal ik de Olympische Spelen niet, maar nu proberen tien andere meiden het en hebben we uiteindelijk een renster uit Paraguay op het podium”, voegt ze toe met de passie en toewijding die me op dit punt niet meer van haar verbaast.
Agua had al ervaring in het professionele wielrennen voordat ze onderdeel werd van CANYON//SRAM Generation. In combinatie met haar mentale en fysieke kracht leverde dit haar een plek op in de Olympische ploeg van Paraguay in Tokio. Een historisch moment, omdat ze de eerste wielrenster was die Paraguay op de Olympische Spelen vertegenwoordigde.
“Ik wilde zo graag, maar ontdekte dat [the course]heel zwaar was en begon aan mezelf te twijfelen”, geeft ze toe. “Het was eng, omdat ik goed wilde presteren. Ik wilde niet naar de Olympische Spelen gaan en op de eerste klim worden gelost. Ik wilde mezelf laten zien, wilde mijn land laten zien dat we erbij zijn geweest. En ik heb nog vele jaren voor me om mezelf nog meer te laten zien.”
Haar aanwezigheid op de Olympische Spelen is niet onopgemerkt gebleven en Agua wordt door haar collega’s gezien als een nationaal kampioen. “De renners uit Paraguay zijn nu heel fanatiek en we hebben een hele goede mountainbikester”, zegt ze, verwijzend naar haar landgenote Samira Noemi Martinez Mendez. “Zij vertelde mij dat ik haar geïnspireerd heb. Ze zag me in de Women’s World Tour en zei dat ze een [XCO]World Cup wilde winnen.”
De dingen waar we bang voor zijn, zijn de dingen die we moeten doen om onze doelen te bereiken.
Agua Marina Espínola Salinas - Teamlid Canyon//SRAM Generation
De beste worden met CANYON//SRAM Generation
Agua is enorm bescheiden tijdens ons gesprek. Ze is een jonge vrouw die een mannenwereld binnentreedt vanuit een land dat niet tot de verbeelding spreekt in het professioneel wielrennen. De route voor het bereiken van haar doelen is steil en hobbelig. Het is niet voorbestemd voor rensters als Agua, dus hoe denkt ze dat het zal gaan?
“Ik wil de beste renster van Zuid-Amerika worden. Ik weet dat ik nog veel moet leren en op een hoger niveau moet komen, dus daar werk ik aan”, zegt ze. “Het gaat met ups en downs, maar ik boek vooruitgang. Mijn droom is deel uitmaken van een ploeg in de Women’s World Tour, maar ik weet ook heel goed dat ik nog veel moet leren om dat te bereiken. Maar daar werk ik hard aan.”
Ze kan een wedstrijd lezen, dankzij de ervaring in het peloton met haar vorige team. Toch geeft ze toe dat dalen en haar piekvermogen haar grote zwaktes zijn.
“Mijn cijfers zijn niet slecht. Goed zelfs! Maar in de koers is alles anders en ontbreekt het me soms aan explosieve kracht. Soms moet ik in de achtervolging, dus dat is een duidelijk minpunt. Ik ben gelukkig in deze ploeg en ontwikkel mijn zwakke punten tot sterke.”
Naast haar ontwikkeling als persoon waardeert Agua de wijze waarop ploegen zoals CANYON//SRAM Generation de toekomst van het vrouwenwielrennen in zijn geheel vorm geven en talent ondersteunen.
“Andere teams zullen zien dat dit werkt en dat dit nodig is. Niemand wil een renster ontwikkelen, iedereen wil een sterk eindproduct. Daarom zijn ontwikkelingsteams noodzakelijk. Het eerste probleem is natuurlijk het geld, maar zodra ze in de gaten krijgen dat het noodzakelijk is… Het overnemen van rensters van andere [World Tour]-teams is duur, want je moet de uitbetaling en de omstandigheden verbeteren. Als je een ontwikkelingsrenster vastlegt, is dat goedkoper.”
Het enige andere ontwikkelingsteam voor dames was altijd het World Cycling Centre in Aigle in Zwitserland. Het merendeel van de teams plukt daar rensters weg zonder een eigen ontwikkelingsprogramma te hebben. “Waarom starten [they]zelf geen ontwikkelingsteam?”, vraagt Agua zich af. “Sommige teams willen het gedoe met visums niet en zijn niet bekend in onze landen, maar dit is de toekomst.
Vele rensters die deel uitmaakten van het World Cycling Centre hebben nu een plek in de World Tour. Het is niet zo dat we niet kunnen koersen – we krijgen gewoon geen toegang en geen kansen”, zegt ze eerlijk. Hier valt niets tegenin te brengen en ik vraag me af hoeveel onbenut talent er op de wereld rondrijdt. Hoeveel andere rensters zoals Agua snakken naar een kans om zichzelf te bewijzen?
Ik vraag haar of ze de druk voelt om de weg vrij te maken voor iedereen die ongetwijfeld na haar zal volgen. “Soms voel ik de druk, maar dan zeg ik tegen mezelf: ‘niet bang zijn, je wist dat het lastig zou worden’”, lacht ze. “Mensen kijken naar me en zullen het proberen als ze zien dat het mogelijk is. Ik hou van wat ik doe. Ik praat graag met anderen met dezelfde dromen. Ik heb al die jaren heel veel geleerd, dus ik kan advies geven voor de juiste aanpak voor dingen. Misschien win ik geen wereldkampioenschap, maar ik kan anderen inspireren om het te proberen.”
Hoop, dromen en Agua’s toekomst
Het is duidelijk dat Agua werkt aan haar vorm voor de korte termijn, maar ik wil weten hoe zij haar toekomst ziet.
“Ik ben bang dat ik mijn dromen niet kan waarmaken”, geeft ze toe. “Dat hebben we allemaal, toch? Wat we ook doen, we zijn bang om te falen. Maar dat is ook de reden om het te doen. De dingen waar we bang voor zijn, zijn de dingen die we moeten doen om onze doelen te bereiken.”
“Ik vind hoop door terug te kijken. Terugkijken op wat ik al gepresteerd heb en waar ik vandaan kom. Als dit me allemaal is gelukt, is er geen enkele reden waarom ik niet nog verder zou kunnen komen. Om stappen voorwaarts te maken is het is goed om te onthouden wat je al hebt bereikt.”
“Ik ben nu 26, maar zie dat veel toprensters later hun piek bereiken”, zegt ze, terwijl we verwijzen naar Movistar-renster Annemiek van Vleuten, die bijna 40 is en nog steeds sterker wordt. “Het gaat vooral om enthousiasme en passie. Natuurlijk kun je onderweg opgebrand raken, maar je kunt ervoor kiezen om door te gaan als je dat wil. Ik zal doorgaan en mijn weg vinden.”
Heeft dit artikel geholpen?
Bedankt voor je feedback
-
Over de auteur
Grace Lambert-Smith
Grace is onze SEO-copywriter, woonachtig in het Peak District National Park. Als ervaren langeafstandsfietser richt ze zich nu op het beheersen van de kunst van het gravel- en mountainbiken. Met haar passie voor het vertellen van fietsverhalen middels het geschreven woord, staat Grace altijd klaar om haar ervaringen met anderen te delen.